Van alle gebruikte cms-en, waarvan het ‘merk’ bekend is, bestaat 58,9% uit WordPress (bron: W3 Techs). Een gigantisch aantal! W3 Techs rekent verder voor dat daardoor zo’n 26% van alle websites gebouwd is met WordPress. Het gebruik van WordPress vertoont zelfs nog steeds een stijgende lijn. Toch zijn er naast WordPress nog een heleboel andere cms-en, zowel betaald (licentiekosten) als gratis (open source). In dit artikel vergelijk ik WordPress met een aantal andere bekende gratis cms-en : Drupal, Joomla, Umbraco en DNN.
In een eerdere blogpost heb ik uitgelegd wat een cms is en waarom WordPress zo populair is in deze markt. In dat artikel heb ik ook aangegeven waarom ik voor WordPress heb gekozen. Het is nu tijd om WordPress tegenover een aantal andere populaire cms-en te zetten. Ik heb mijn keuze beperkt tot een aantal bekende gratis cms-en. Het gaat er niet om welk cms het beste is. Ik geef aan in welke scenario’s de cms-en gebruikt worden en op welke punten ze met elkaar verschillen. Deze blogpost is dus bovenal een beschouwing en niet een recensie.
Grofweg zijn er twee grote kampen te onderscheiden op het gebied van cms-en:
- cms-en gebaseerd op Windows-technologie (ASP.NET) zoals Umbraco, DNN, Sitecore, Kentico.
- cms-en gebaseerd op PHP zoals WordPress, Drupal, Joomla en TYPO3. In dit kamp zijn er meer opties dan bij de cms-en gebaseerd op ASP.NET
De cms-en die ik in dit artikel bespreek, verhouden zich als volgt tot elkaar (bron W3 Techs):
Links = weinig gebruikt
Rechts = veel gebruikt
Hoog = gebruikt voor websites met veel bezoekersverkeer
Laag = gebruikt voor websites met relatief weinig bezoekers
Het ASP.NET kamp: Umbraco & DNN
Umbraco
Zowel Umbraco als DNN hadden mijn aandacht voor het ontwikkelen van websites. Umbraco is van Deense makelij en wordt o.a. door ‘website-bouwer Vrijdagonline ingezet. Umbraco kun je makkelijker naar eigen hand zetten als je wat dieper in de code duikt. Het systeem is daardoor geschikter voor maatwerkoplossingen. Nu levert Vrijdagonline niet zozeer pure maatwerkoplossingen voor de klant maar ze kunnen hun eigen workflow natuurlijk ook verbeteren door te sleutelen aan het cms. Wanneer je een aantal programmeurs in dienst hebt, dan is dat wel te doen om maatwerkoplossingen voor klanten te bieden op basis van Umbraco. Daar hangt natuurlijk ook een prijskaartje aan: Er zijn minder kant-en-klare oplossingen beschikbaar voor Umbraco waardoor er veel zelf gedaan moet worden. En omdat techniek niet stilstaat moet het ook continu worden bijgehouden. Het nadeel van maatwerk is dus dat het in de regel een stuk duurder is dan het aanschaffen van een bestaande plug-in.
Door een veel kleinere gebruikersgroep, wordt Umbraco ook niet zo goed ondersteund door derden. Dus soms is maatwerk ook nodig omdat er geen plug-in voor bestaat. Voor plug-in ontwikkelaars is WordPress een veel interessantere markt (net zoals Windows dat op het gebied van pc’s is). Nieuwe social media platformen zullen bijvoorbeeld dan ook als eerste met ondersteuning voor WordPress komen want daarmee hebben ze meteen een enorm bereik. Een plug-in ontwikkelen voor kleinere cms-en is vaak minder lucratief door een lagere afzetmarkt (of er moet een hogere winstmarge berekend worden).
Het marktaandeel van Umbraco is ook dalende en wordt door slechts 0,1% van alle websites gebruikt (waarvan het cms bekend is). Hierdoor was ik bang dat het platform uiteindelijk ter ziele zou gaan. Dat zou betekenen dat mijn klanten (en ik) met een obscuur systeem zouden blijven zitten dat niet meer ge-update wordt.
Wanneer ik de cijfers van W3 Techs bekijk, signaleer ik ook dat 99,5% van de Umbraco websites draaien op versie 4 en dus maar weinig worden geupgrade naar versie 7 (de meest recente versie). Ik weet echter niet hoe ik dat cijfer moet interpreteren aangezien het veel dingen kan betekenen. Een van die redenen zou kunnen zijn dat het upgraden van een cms, waar veel maatwerk in heeft gezeten, een stuk lastiger is. Met maatwerk loop je een groter risico dat het niet werkt met de nieuwe versie. Umbraco is ook niet in 1x te upgraden van versie 4 naar versie 7. Er moeten dan eerste nog wat tussenliggende upgrades plaatsvinden voor zover ik begrijp. Die extra stappen vormen dus wellicht ook een obstakel om te upgraden.
Hoewel Umbraco op zich beter geschikt is voor grotere complexe websites, zien we dat niet echt terug in het grafiekje van W3 Techs. Umbraco scoort in ieder geval niet hoger dan WordPress bij het gebruik van websites met veel bezoekers. Umbraco wordt wel door grote namen gebruikt zoals Heinz, Renault en de Britse websites van Vogue en Wired. Er lijken echter niet veel andere grote bedrijven te zijn die een overstap maken op dit platform. De grafiek toont zelfs een afname van het gebruik.
DNN (voorheen Dot Net Nuke)
DNN heeft een groter marktaandeel dan Umbraco en wordt ook door grote bedrijven gebruikt (zoals de NASA). Ook zijn er veel meer plug-ins voor beschikbaar en heeft een marktaandeel dat veel groter is dan dat van Umbraco. Toch bevolkt DNN nog slechts 0,5% van alle websites waarvan we het systeem kennen. Vergelijken we dat aandeel met de 58,9% van WordPress dan is dat van een hele andere orde.
DNN had echter vooral mijn aandacht omdat het de mogelijkheid biedt om direct op de webpagina (frontend) veranderingen aan te brengen. Deze werkwijze vind ik intuïtiever dan de interface van WordPress (ondanks dat die al als makkelijk te boek staat). DNN vond ik door deze werkwijze interessanter voor mijn doelgroep (voornamelijk ZZP-ers die zelf de website bijhouden). Bij alle functionaliteit die ik in de websites van mijn klanten wilde verwerken was het lastig de plug-ins te vinden. Als ik al een plug-in vond dan deden ze niet precies ik wilde (en actief bijgehouden werden).
Bij mijn zoektocht kwam ik wel steeds plug-ins voor WordPress tegen die precies deden wat ik verlangde. Ik ben toen toch op zoek gegaan naar manieren om het werken in WordPress te vergemakkelijken. Zelfs op dit gebied vond ik inderdaad de juiste plug-in voor WordPress zodat ik DNN snel heb laten vallen. Wie op basis van DNN een website wil hebben, moet ook wel even zoeken in Nederland. Er zijn maar een beperkt aantal webdesigners die op basis van DNN bouwen (geldt ook voor andere ASP.NET cms-en). Het wereldwijde marktaandeel is echter wel stabiel. DNN heeft ook een betaalversie die nog weer een stuk gebruiksvriendelijker is en vele marketing-tools biedt. Hier moet dan wel een licentie voor worden betaald en is gericht op grote bedrijven.
Het PHP kamp: WordPress, Drupal & Joomla
In mijn vorige blogpost heb ik al stilgestaan bij WordPress. In het kort: WordPress is met afstand het populairste cms, met de meeste plug-ins, thema’s, hostingopties, leermaterialen (boeken, cursussen, online informatie/tutorials) en ondersteuning door externe partijen. Het cms is ontwikkeld met de eindgebruiker in gedachte. Doordat het gericht is op degene die de content plaatst op de website en niet op een it-er, is dit cms een stuk gebruiksvriendelijker van opzet. Uiteraard zal men bij WordPress ook tegen bepaalde zaken aanlopen maar daar is over het algemeen wat makkelijker zelf uit te komen dan bij de overige cms-en. Voor meer informatie over WordPress zie mijn vorige blogpost.
Joomla!
In het Linux-kamp zijn de grootste concurrenten van WordPress de cms-en Drupal en Joomla. Laatstgenoemde draait al een tijdje mee en is een directe concurrent van WordPress. Net als WordPress wordt Joomla ook veel gebruikt door de kleinere bedrijven en consumenten die een eigen website willen bouwen. Nog niet zo heel lang geleden was het vooral Joomla dat de klok sloeg maar zoals zo vaak in de tech-wereld kan die positie snel veranderen. WordPress was dan wel een jaar of 2 eerder op de markt, het was toch Joomla dat snel uitgroeide tot het populairste gratis cms. Hoewel de groei stabiel is en de laatste maanden zelfs een stijging vertoonde, is Joomla! wat populariteit betreft inmiddels al lang ingehaald door WordPress. Joomla wordt gebruikt door 6,4% van alle websites waarvan het cms bekend is.
Joomla is de Engelse fonetische uitspraak van ‘Jumla’ dat swahhili is voor ‘alles samen’ of ‘als één geheel’. De ironie wil dat Joomla juist is voortgekomen uit een splitsing van partijen. Zonder al te diep op die geschiedenis in te gaan, was de reden van de scheiding o.a. dat de basisbeginselen van opensource waren geschonden door de tegenpartij.
Joomla! werd een opensource cms dat tegen de tijd van lancering al op veel support uit de opensource-gemeenschap kon rekenen. In tegenstelling tot WordPress, begon Joomla! niet als blogging-platform. Hoewel Joomla! een toegankelijk cms is, was het van oorsprong toch vooral populair onder gebruikers die al een technische achtergrond hadden (terwijl WordPress zich dus vooral op de niet zo technische blogger richtte). Joomla! bouwde voort op het Mambo-cms. Mambo was het cms dat niet opensource genoeg werd bevonden door sommige ontwikkelaars. O.a. op basis van die onenigheid splitsen zij zich af en ontwikkelden Joomla!.
Drupal
Drupal wordt vooral voor grote websites met veel verkeer ingezet en vertoont ook een stabiele groei. In mijn vorige baan heb ik veel met dit systeem gewerkt als redacteur (eindgebruiker) en ik vond het prettig werken. Het is een mooi compromis tussen flexibiliteit voor webontwikkelaars en gebruiksvriendelijkheid voor de mensen die content op de website moeten plaatsen. De kracht van Drupal ligt in het feit dat het erg schaalbaar is door gebruik van modules (waar WordPress plug-ins gebruikt). Die modules zijn aan elkaar te knopen zodat er nieuwe functionaliteit kan worden gebouwd. Hoewel de interface van Drupal voor eindgebruikers niet heel complex is, is het zelf opzetten van een Drupal website niet zo eenvoudig als bij WordPress.
Drupal heeft een marktaandeel van 4,8% van alle websites waarvan het cms bekend is en vertoont zoals gezegd een lichte groei.
Drupal is ontwikkeld door de Belg Dries Buyaert. Drupal is het oudste systeem dat we hier bespreken. Oorspronkelijk in 2000 ontwikkeld als een lokaal bulletin board systeem in het Antwerpse studentenhuis waar hij verbleef. Het werd gebruikt om tussen studenten onderling informatie uit te wisselen. Berichten over het avondeten, het delen van interessant nieuws en andere zaken waar wij nu social media voor gebruiken verliep voor hun via dit systeem. Toen Dries afstudeerde en het studentenhuis verliet, wilde hij nog steeds in contact blijven en werd de interne website/bbs online gezet.
Om het gemeenschapsgevoel te benadrukken van het bulletinboard, wilde Dries Buyaert de naam ‘dorp.org’ registreren als domeinnaam. Hij maakte echter een typefout waardoor hij ‘drop’ intikte. Dat vond Buyaert eigenlijk nog beter klinken. Drop.org werd een experimentele website waar gelijkgestemden over nieuwe ideeën discussieerden. De software achter de website werd door Dries Buyaert in 2001 vrijgegeven zodat anderen ook konden experimenteren met de software. De naam veranderde in Drupal. Drop is in het Engels ‘druppel’ en het woord ‘druppel’ wordt in het Engels fonetisch uitgesproken als ‘Drupal’ (droo-puhl). Dus net als Joomla! is Drupal gebaseerd op een fonetische uitspraak.
Cms voor elke situatie
Hoewel ik wel een beetje een zwak heb voor Umbraco, vind ik het dalende gebruik van de toch al beperkte gebruikersgroep een te grote zwakte om te negeren en is het voor mij niet interessant om zelf voor dit platform te gaan ontwikkelen. Zou ik op basis van Microsoft-technologie websites willen bouwen dan zou mijn keuze daarom eerder op DNN vallen.
Joomla! is misschien niet een gepasseerd station maar voelt nu toch al als ‘iets van vroeger’ omdat de focus van de markt nu overduidelijk op WordPress ligt. Wellicht dat Joomla! de transitie zal maken naar een marketing-tool. Als cms is het flink ingehaald door WordPress.
Wat dat betreft heeft Drupal de betere papieren om de strijd met WordPress aan te gaan. Drupal bevindt zich ook niet zozeer in hetzelfde vaarwater als WordPress. Het zal vooral ingezet worden voor websites die meer maatwerk vereisen en grote verkeerstromen te verwerken hebben.
Het is moeilijk om te zeggen dat het ene cms beter is dan het andere. Elk cms heeft zwakke en sterke punten en het is maar net waar jouw prioriteiten liggen. WordPress is wel een soort Zwitsers zakmes onder de cms-en en wordt daardoor ingezet voor kleine hobby websites tot de zeer omvangrijke websites van grote bedrijven met veel bezoekers (zoals TechCrunch).
Overwegingen bij uw keuze voor cms:
Bent u zelf in de markt voor een website dan is het goed stil te staan bij een aantal zaken:
- Hosting: Heeft u een hostingprovider waar u perse bij wilt blijven/hebben? Dan zou het kunnen dat een cms als Umbraco & DNN al afvallen omdat uw hostingprovider geen Windows-servers heeft staan.
- Maatwerk: Heeft u nu bepaalde bestaande systemen die u wilt laten koppelen met uw cms? Check dan of er al een plug-in voor beschikbaar is voor WordPress. Zo niet dan dient u dit wellicht te laten ontwikkelen en zou het kunnen dat WordPress niet het meest ideale cms hiervoor is.
- Prijsbewust: Heeft u een beperkt budget dan zullen weinig oplossingen goedkoper uitvallen dan WordPress.
- Website bijhouden: Wie gaan er met het cms werken? WordPress zal minder inwerktijd vergen van iemand doordat het eenvoudiger is dan andere cms-en, er meer informatie online te vinden is en de kans groter is dat iemand al eens met WordPress gewerkt heeft (indien u bijvoorbeeld een freelancer inhuurt).